Categorie archieven: Portugal

Het weer in Portugal: kortom verrassend

‘En hoe is het weer er nu?’, was steevast de vraag toen ik tweeënhalf jaar geleden afscheid nam in Duitsland. Meestal werd die vraag begeleid met een dromerige glimlach. Mijn antwoord circa 16 graden en zonnig was voor de meesten echter teleurstellend. Achteraf bleek dat ik nog veel te positief was over het winterse weer in mijn nieuwe woonomgeving: Costa de Prata alias de Zilverkust in Portugal.

Een voorbode daarvan was de staat van mijn Portugese huis. Die was bij aankomst zeiknat. De vloer, het aanrecht, de meubels, overal lag een laag vocht op. Ik dacht eerst aan een gesprongen waterleiding. Maar de makelaar vertelde mij alsof het de normaalste zaak was, dat het door het vochtige weer kwam en dat de ramen hadden opengestaan. Dezelfde middag kwam de buurvrouw extra dekens brengen en kreeg ik ook een lading hout voor de open haard. Zij wist wat ik nog niet wist: in de nacht sloeg de chillfactor stevig toe dankzij het vochtige binnenklimaat van mijn huis. De dagen daarna ging het hardnekkig verder met regenen. Op een gegeven moment hoorde ik zelfs de monteur van de rolluiken ‘gelo’ roepen: inderdaad de hagel viel met bakken uit de lucht.

De winter die volgde, was volgens mijn buren extreem nat en koud. De regenbuien werden begeleid door een voortdurende sterke noordwestenwind die recht op mijn keukendeur stond. Het was niet warm te krijgen in mijn niet geïsoleerde huis. Winter 2015 – 2016 werd één van mijn koudste winters ooit. Hoewel ik op zonnige dagen uit de wind in mijn T-shirt in de tuin kon zitten, was het binnen niet te harden. De winter daarop kreeg ik te maken met een weertype waarvan ik dacht dat ik daar echt vanaf was: vorst. Op de grond en ook op de autoruiten lag een flinke laag ijs. Dat dit niet normaal was, kon ik zien aan de lokale bevolking. Niemand had namelijk een ruitenkrabber. Auto’s die in de zon stonden, kregen gewoon de inhoud van een 5-literfles met water over de voorruit. De ruitenwissers deden de rest. Automobilisten die geen water hadden, reden eenvoudig weg met bevroren voorruiten en keken door de open zijraampjes naar de weg. Dit was misschien allemaal nog grappig. Maar de -5 die het kwik een week later bereikte was funest. Na terugkeer van een tripje naar de Algarve leek mijn tuin zo goed als dood. Afgelopen winter daalde het kwik niet zo dramatisch maar hield de vorstperiode hardnekkig aan. Wekenlang hoorde het krabben van de voorruit er ’s morgens gewoon bij. Toen de kalender het voorjaar aangaf, wachtte ik met de aankoop van mijn nieuwe tuinplantjes. Net zolang totdat de nachttemperaturen veilig ver boven het vriespunt bleven.

In tegenstelling tot vorig jaar, toen een warme lente een lange droge zomer aankondigde, was het dit jaar een echte kwakkellente. Terwijl in mijn voormalige Duitse woonplaats de temperaturen richting de 30 graden gingen en de voorjaarszon volop scheen, moest ik het met veel bewolking en een knullige 17 en soms zelfs 15 graden doen. Gelukkig liet het weerbericht achter een wolkje ook een zonnetje zien. Want als de zon schijnt, doen de graden er niet toe. Het wordt hier aan de Zilverkust hoe dan ook warm. Dan heb je het weer dat een dromerige glimlach op het gezicht tovert bij degenen die in het noorden van West-Europa wonen. Of toch niet? Nu is het ‘zomer’. Een zomer die ze hier aan de Costa de Prata nog nooit zo hebben meegemaakt. Terwijl mijn vroegere Duitse buren al wekenlang in tropische sferen verkeren en in Nederland droogte en hitte heersen, hebben we hier te maken met ouderwets Hollands zomerweer. Dat wil zeggen: veel bewolking, temperaturen rond de 20 graden en af en toe een regenbui. Gisteren was het zelfs zwaarbewolkt, miezerde het en waaide er een frisse wind. Ik denk dat veel West-Europeanen op dit moment graag op het vliegtuig stappen voor dit weertje!